Miljarden voor defensie gevaar voor ‘vrede en veiligheid’

[ Dit artikel door Dirk Kuiken verscheen op 7 juni in de Volkskrant ]

Defensie claimt al jaren dat het zorgt voor ‘vrede en veiligheid’. Maar door miljarden extra uit te geven aan straaljagers en ander oorlogstuig, versterken ‘we’ juist de grootste bedreiging voor ons bestaan: de klimaatcrisis.

Het kan momenteel niet op bij defensie. Gisteren (1 juni) werd door het kabinet bekendgemaakt dat de krijgsmacht voor 5 miljard euro nieuwe ‘toys for boys’ mag kopen: zes extra F-35-straaljagers, vier nieuwe Reapers; grote drones waarmee bommen gegooid kunnen worden (Reaper staat trouwens voor de ‘man met de zeis’), militaire helikopters en nog veel meer dodelijk wapentuig. Jammer genoeg wordt daarbij nergens de vraag gesteld wat de aanschaf van deze wapens betekent voor de klimaatcrisis.

Die vraag is beslist niet vergezocht, want uit onderzoek blijkt dat krijgsmachten wereldwijd verantwoordelijk zijn voor een behoorlijk percentage van de totale jaarlijkse CO2-uitstoot – vergelijkbaar met de uitstoot van een middelgroot land als Zweden – en dus flink bijdragen aan de opwarming van de aarde.

In Nederland is het leger zich wel degelijk bewust van de klimaatcrisis. Defensie heeft zichzelf tot doel gesteld om in 2030 20 procent minder fossiele brandstoffen te gebruiken en in 2050 70 procent. Om dat te bereiken worden er onder andere zonnepanelen op kazernes geplaatst.

Het mag duidelijk zijn dat deze doelstellingen én maatregelen veel te weinig zoden aan de dijk zetten. Om de meest rampzalige gevolgen van klimaatverandering te voorkomen, moet de CO2-uitstoot in 2050 nul zijn. Dit geldt uiteraard óók voor de krijgsmacht. Het is dan ook wrang om te constateren dat een deel van het extra geld voor defensie direct afkomstig is van bezuinigingen op klimaat- en stikstofbeleid.

De vraag dringt zich op hoe het kabinet en defensie de (eigen) klimaatdoelen denken te halen als men blijft investeren in uiterst vervuilend oorlogsmateriaal waarmee het leger nog vele jaren moet vliegen, rijden en varen. Zo is bijvoorbeeld bekend dat de nieuwe F-35 60 procent meer brandstof verbruikt dan de oude F-16, met veel meer CO2- en stikstofuitstoot als gevolg. Ter vergelijking: één volle tank van een F-35 (goed voor zo’n 2200 kilometer vliegen) staat gelijk aan het jaarlijkse gemiddelde verbruik van meer dan 15 (fossiele) auto’s.

Zolang defensie verantwoordelijk is voor het gebruik van gigantische hoeveelheden grondstoffen, materieel en brandstof bij de productie van wapens, tijdens oorlogen, missies en bij het oefenen daarvoor zorgt de krijgsmacht niet voor ‘vrede en veiligheid’. Integendeel; het leger draagt zo juist enorm bij aan het grootste gevaar dat ons op dit moment bedreigt: de opwarming van de aarde.

 Daar komt bij dat veel gewapende conflicten in de wereld nu al worden veroorzaakt door de gevolgen van de klimaatcrisis, zoals water- en voedseltekorten door extreme droogte, die verschillende continenten, landen en bevolkingsgroepen onevenredig hard treffen. Grote groepen mensen worden genoodzaakt hun woongebied te verlaten en elders een leefbare plek te zoeken, wat weer nieuwe conflicten en militair ingrijpen tot gevolg heeft, met verdere opwarming van de aarde als resultaat.

Het is een deprimerende vicieuze cirkel met maar één conclusie: iedere investering in het militaire apparaat draagt direct bij aan de vernietiging van de aarde, en meer specifiek ons eigen leefgebied.  Want zoals we inmiddels weten vormt de klimaatcrisis voor Nederland een buitengewoon groot veiligheidsrisico. Het zou zomaar kunnen dat binnen een paar generaties een aanzienlijk deel van Nederland door de temperatuurstijging onder water staat. Zullen buitenlandse militairen dan de Nederlandse klimaatvluchtelingen bij hun grenzen tegenhouden, zoals nu elders in Europa met vluchtelingen gebeurt?

Wie zich wérkelijk in wil zetten voor vrede, veiligheid en internationale stabiliteit dient zich daarom te richten op het tegengaan van klimaatverandering. Daarvoor zijn beslist geen wapens nodig, laat staan extra miljardeninvesteringen in de strijdkrachten. Het is trouwens ook maar de vraag of jongeren door de geplande loosverhoging voor soldaten voortaan wél heil zien in een carrière bij de krijgsmacht. Misschien dat ze liever “strijden” tegen de klimaatcrisis dan tegen jongeren uit andere landen?

Zou het niet veel logischer zijn precies het tegenovergestelde te doen? Het drastisch inkrimpen – of liever nog afschaffen – van het vervuilende militaire apparaat? Laten we wapentuig slopen en recyclen en soldaten omscholen. Warmtepompen installeren, zonnepanelen aanleggen, windmolens bouwen en bomen planten; er is werk genoeg dat echt bijdraagt aan vrede, veiligheid én een beter leefklimaat.